Het proces:
1. De omgevingswet verplicht iedere gemeente om een Omgevingsvisie op te stellen. In die Omgevingsvisie legt de gemeente haar ambities en beleidsdoelen voor de fysieke leefomgeving voor de lange termijn vast. Wettelijk moet de Omgevingsvisie voor 1-1-2027 zijn vastgesteld. Voorschoten streeft ernaar om de Omgevingsvisie gereed te hebben in Q3 2025, op tijd om een rol te kunnen spelen in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen in 2026. (zie startnotitie Omgevingsvisie Voorschoten 2040 (Z/24.083988/3859250) van 27-2-2024, behandeld in de raadsvergadering van 11-4-2024).
2. De Omgevingsvisie moet leiden tot een Omgevingsplan.
Het omgevingsplan komt in de plaats van alle bestemmingsplannen. Kenmerkend is dat de huidige bestemmingsplannen, die overigens voorlopig geldend blijven, het karakter hebben ‘nee, tenzij’ (iets is níet toegestaan, tenzij…); de omgevingswet en dus ook het Omgevingsplan gaan uit van ‘ja, mits’ (alles is toegestaan, behalve…). Dat betekent dat een gemeente expliciet moet gaan aangeven wat niet is toegestaan. Wat niet benoemd is, is derhalve toegestaan. Overigens moet Rijks- en Provinciaal beleid dwingend worden opgenomen.
3. In 2014 heeft de gemeente ter voorbereiding van een structuurvisie een gesprek met de bevolking opgestart (actie Staatsen/de Beer) voor een toekomstvisie van Voorschoten 2025. OGLV heeft ter voorbereiding daarvan zelf een Toekomstvisie Voorschoten 2025 opgesteld voor die aspecten, waar OGLV zich sterk voor maakt(e): Oud, Groen en Leefbaar. De samenvatting van die Toekomstvisie Voorschoten is als bijlage 1 toegevoegd. Het overgrote deel van de punten is nog steeds relevant.
4. Dit stuk is tot stand gekomen op basis van intensief overleg binnen de Planologie Commissie van OGLV/VvV en na overleg met de Duurzaamheidstafel. Voor de Toekomstvisie van Voorschoten willen we een aantal thema’s opvoeren, die we in de komende tijd (al of niet samen met de Duurzaamheidstafel) verder moeten uitwerken. Deze lijst kan langer/korter worden, maar we benoemen nu de punten, die ons belangrijk lijken.
- Voorschoten zelfstandige gemeente?
- Erfgoed
- Ontwikkeling van het Centrum
- Het Buitengebied
- Groen in de bebouwde kom
- Woningbouw
- Duurzaamheid
- Klimaatadaptatie
- Biodiversiteit
- Bedrijvigheid
- Verkeer/verkeersveiligheid
- Burgerparticipatie
- Voorzieningen, speelplaatsen, fietspaden, zwembad, sporthal
We geven per item onze zienswijze in enkele alinea’s:
1. Blijft Voorschoten zelfstandige gemeente?
Dat is zeker niet vanzelfsprekend. De samenwerking in de Leidse regio zal voortschrijden en zeker voor Leiden zal de verder integratie óók bestuurlijk boven de horizon blijven. De komende jaren zijn voor de gemeenten cruciaal i.v.m. de voorziene lagere uitkeringen uit het gemeentefonds. Wil Voorschoten zelfstandig blijven dan moeten in ieder geval de gemeentefinanciën op orde blijven en moet Voorschoten laten zien dat het als zelfstandige gemeente kan blijven functioneren. Een inhoudelijk kwalitatief stevige omgevingsvisie -tot stand gekomen met voldoende burgerparticipatie- zal zeker als een testimonium daarvoor kunnen gelden. Samenwerking in regionale samenwerkingsvormen zoals Duin, Horst en Weide kan ook enig gewicht in de schaal leggen, evenals samenwerkingsvormen met andere gemeenten (ook op personeelsgebied om carrièrekansen voor ambtenaren mogelijk te maken). Kortom niet te voorspellen, maar alert blijven en eigen taken goed uitoefenen. Overigens is de bestuurlijke organisatie van ons land primair een bovengemeentelijke aangelegenheid (Rijk en Provincie). Het Hoofdlijnenakkoord zegt hier niets over. OGLV/VvV is voornemens een Erfgoedcommissie op te richten, die zich richt op behoud en ontwikkeling van het erfgoed (materieel en immaterieel). Erfgoed is expliciet onderdeel van de belangen in de omgevingswet genoemd (ook i.v.m. verdrag van Faro); de cultuurhistorische kaart is een goede bouwsteen.
2. Erfgoed
Kernpunt zal zijn om het te behouden erfgoed te benoemen, te bewaren en ontwikkelingen toe te staan (ook in verband met duurzaamheid en klimaatadaptatie). Het Gemeentehuis moet zeker op de monumentenlijst komen. De kwaliteit van het erfgoed -zeker in het centrum- moet hoog op de agenda staan en mogelijk bewaakt worden middels regelgeving. Handig gebruik maken van waterlopen kan de kwaliteit ook verhogen (zie ook 3). Dit thema is ook van belang in relatie tot marketing, toerisme en welzijn. OGLV/VvV zal dit zeker een van de speerpunten van de omgevingsvisie willen laten zijn omdat het erfgoed zozeer het karakter van ons dorp bepaalt, dat een stevige inhoud ten goede komt aan ons dorp op vele gebieden. Natuurlijk moet het erfgoed ook mee in de ontwikkeling op diverse andere thema’s. De gemeente Voorschoten moet zich duidelijk uitspreken over overleg en samenwerking met de Erfgoedcommissie van OGLV/VvV.
3. Ontwikkeling van het Centrum
De Centrumvisie is daar een uitstekende leidraad voor. Daarin komt alles aan de orde. De visie zal hopelijk grotendeels voor 2040 gerealiseerd zijn. Het is een compleet en helder stuk. Bij het bouwen van woningen op de noord- en zuidflank zal het accent gelegd moeten worden op kwalitatief goede, maar ook kleinere woningen voor ouderen en starters. Doordat het centrum meer bevolkt wordt, zal dat ook een opleving van het centrum tot gevolg hebben. (zie ook het thema ‘woningbouw’). In het centrum moet het accent liggen op wonen, winkelen, uitgaan en cultuur.
4. Het Buitengebied
Het buitengebied (buiten de bebouwde kom, dus de overkant van de spoorlijn, land van Rodenburg en de Duivenvoordecorridor) moeten van bebouwing gevrijwaard blijven. Het voormalige Voorschotense buitengebied is goeddeels opgeslokt door bebouwing, laatstelijk met Roosenhorst en nu weer met Noortveer in de Duivenvoordecorridor. Daar moet een streep getrokken worden, te beginnen met het land van Rodenburg en de Papenwegse polder. Wel landschappelijke ontwikkelingen stimuleren, die het gebied opwaarderen mede in het licht van duurzaamheid, klimaatadaptatie en biodiversiteit. Duurzame energie (wind en zon) niet in het buitengebied; zie punt 7. De landbouw in het buitengebied zal meer circulair moeten worden en meer moeten bijdragen aan natuurwaarden en biodiversiteit. Ook voor de recreatie en ontspanning van de inwoners speelt het buitengebied een belangrijke rol. Omdat het buitengebied ook een belangrijke rol vervult voor natuurwaarden en biodiversiteit moet het buitengebied voldoende schalig blijven (niet verknippen). Met de grote grondeigenaren in dit gebied moet hier overleg over gevoerd worden.
5. Groen in de bebouwde kom
Kwalitatieve opwaardering van het groen in de bebouwde kom mede ter bevordering van biodiversiteit. Het gaat meer om de kwaliteit dan om de kwantiteit. Er moet een stevig bomenbeleid komen, bijvoorbeeld: voor iedere gekapte boom komen er twee jonge bomen bij; aandacht voor inheemse loofbomen met ‘grote kruinen’ i.v.m. de verkoeling en vergroening. Groen in kwantiteit afstemmen met Woningbouw (kan dus minder, maar dan wel kwalitatief beter). Beter benutten van daken voor vergroening (sedum daken en groene gevels), waar zonne-energie niet mogelijk is.
6. Woningbouw
Voorschoten moet rekening houden met een bevolkingsgroei, die mogelijk iets lager kan liggen dan het landelijk gemiddelde, maar toch altijd nog zo’n 5% zal bedragen. Het gaat dan om circa 1250 inwoners, die een beroep doen op ruim 750 woningen. Met de achterstand, die Voorschoten op dit moment in het betaalbare segment heeft, moet rekening gehouden worden met de bouw van 1500 tot 1750 woningen tussen nu en 2040. OGLV heeft al een uitgebreide beschouwing gegeven over de mogelijkheden van woningbouw in de komende jaren naar aanleiding van de ontwikkelingen rond het ‘land van boer Rodenburg. De behoefte aan woningen (met name betaalbare) moet gerealiseerd worden binnen de bebouwde kom. OGLV heeft in 2023 aangegeven dat zeker 1400 huizen kunnen worden gebouwd. Dat is voldoende tot 2030/2035. Voor zover er meer woningen gebouwd moeten worden moeten we gaan denken over het ‘vervangen van wijken’ bij voorbeeld de Vlietwijk. De woningen daar zijn dan zo’n 75 jaar oud en toe aan vervanging/grootschalige renovatie. Bij nieuwbouw moet gedacht worden aan 6/7 bouwlagen en bij renovatie optoppen met minimaal twee bouwlagen, zodat daar enkele honderden woningen extra gerealiseerd kunnen worden. Steviger regie nemen op het hele woningbouwproces ook voor duurzaamheid en klimaatbestendigheid. Bouwen voor jongeren, alleenstaanden en ouderen. Dat betekent kleinere wooneenheden met name in het sociale segment of de midden huur. Ook zal eindelijk eens duidelijkheid moeten komen wat de mogelijkheden zijn op het terrein lang het Nicolaespad. De vervuiling op dat terrein is al jaren in onderzoek. Met beschermende maatregelen moet daar gebouwd kunnen worden (er stond al eerder een noodschool). Laat dit nu eens een terrein worden waar tiny houses (30 tot 50 m²) kunnen worden gebouwd.
7. Duurzaamheid
Voorschoten zal zich minimaal moeten houden aan de landelijke doelstellingen op het gebied van het energiebeleid. Dat betekent dat we ons in 2040 minimaal halverwege de doelstellingen tussen 2030 en 2050 moeten bevinden Dat zijn abstracte getallen en dus werken we dat wat nader uit voor de situatie van Voorschoten. Maar Voorschoten kan en mag wel een stapje extra doen. Zonne-energie verplichten op daken van overheids- en bedrijfsgebouwen. Geen zonneweiden in het buitengebied; windenergie voor V. niet heel erg relevant. Stevig aandeel van de woningen aansluiten op het warmtenet (in 2040 40 à 50%). Voldoende ruimte laten voor individuele of collectieve verduurzaming van woningen. In bepaalde wijken waar geen warmteaansluiting zal komen (Allemansgeest, Voorsche Park, Fortuijn van V., Segaar/Arsenaal, Starrenburg II…) stimuleren van individuele/ collectieve oplossingen voor een CO2 neutrale warmtevraag. In 2040 moet dat gelden voor 10 à 20% van de woningen. Dan is in 2040 50 tot 70% van de woningen klimaatneutraal. De overige 30 tot 50% volgen in de tien jaar daarna. De huidige krapte en congestie op het landelijke stroomnet, die in de toekomst waarschijnlijk alleen maar zal toenemen, noopt tot lokale oplossingen op kleine schaal. De opslag van energie wordt steeds belangrijker nu we meer duurzame energie gebruiken. Door opgewekte elektriciteit niet in een keer naar het net te sturen, kunnen wij het elektriciteitsnet ontlasten. De thuis- en buurtbatterijen gaan een steeds grotere rol spelen in het energiesysteem en een snelle opkomst is voorzien. Netbeheerders houden er rekening mee dat op korte termijn (3-7 jaar) deze batterijen significant in aantal zullen toenemen. Nadruk moet ook worden gelegd op het draagvlak bij de bevolking; per wijk moeten bewoners meegenomen worden in de (on)mogelijkheden.
8. Klimaatadaptatie
Zie inbreng duurzaamheidstafel en OGLV voor dit thema in 2023. In de bebouwde kom meer aandacht voor bomen, wadi’s voor verkoeling en waterberging. Meer groen in tuinen systematisch aanpakken, minder vrijblijvend(?). Nu komen er jaarlijks meer stenen bij dan eraf gaan. Aanpak o.a. via de in Voorschoten werkzame hoveniers, die klantgericht advies moeten geven. De gemeente zou een norm kunnen stellen in de Plaatselijke verordening, bijvoorbeeld maximaal 30% versteend oppervlak per perceel. Aandacht voor hittestress, waterberging.
9. Biodiversiteit
Belangrijk thema in alle andere thema’s: bijenlinten, vogelkasten, vleermuizen etc. Zeker ook in het buitengebied stappen zetten naar duurzame landbouw. Mag best naar voren getrokken worden, omdat het nodig is en er een groeiend draagvlak voor is onder de bevolking.
10. Bedrijvigheid
Ook voor de ondernemende Voorschotenaar moet ruimte zijn om zich economisch te ontplooien. De gemeente doet een onderzoek naar de mogelijkheden van en op de bestaande bedrijfsterreinen, waarbij vergroening een rol speelt. Daarnaast kan gedacht worden aan ruimere mogelijkheden om aan huis een onderneming te starten (garage, uitbouw) en zou het in-/oprichten van een bedrijfsverzamelgebouw een goede stimulans kunnen zijn. Hierbij geldt naast de vorige punten ook de aandacht voor circulariteit.
11. Verkeer, bereikbaarheid, verkeersveiligheid
Geen grote nieuwe infrastructurele ingrepen; wel betere ontsluiting richting Leiden (Lammenschansplein is in aanbesteding). Richting Wassenaar en Leidcshendam-Voorburg geen maatregelen. In het dorp moet het verkeer zich aanpassen aan de bestaande infrastructuur; meer fietsen, deel-auto’s, OV etc. Betere fietsvoorzieningen (bredere fietspaden). Verkeersveiligheid blijft onverminderd de aandacht vragen (ook in fysieke voorzieningen zoals oversteekplaatsen en maximale snelheid in de woonwijken). Voor veel inwoners scoort dit hoog en er is dus een breed draagvlak voor. Mobiliteitshubs, buurtbatterijen, nieuwe visie op parkeren.
12. Burgerparticipatie
Dat is een horizontaal thema, dat overal speelt. Maak gebruik van de deskundigheid van burgers en zet burgerparticipatie in bij alle thema’s . De aanloop naar deze omgevingsvisie is in ieder geval een goede start.
13. Sportvoorzieningen, speelplaatsen, fietspaden, educatieprojecten
Analyseer het hele gebied van de bebouwde kom op veilige verbindingen naar school en sport. Ruimte voor avontuurlijke speelplekken. Verbinden van waterlopen om kleine recreatie op het water mogelijk te maken. Dit alles zal verder moeten worden uitgewerkt. OGLV/VvV wil in samenwerking met de Duurzaamheidstafel een ondersteunende en stimulerende rol richting de gemeente en de andere stakeholders spelen. Daar moet de gemeente wel tijd en ruimte voor laten in de tweede helft van 2024. Dat proces moet niet om procedurele redenen al te zeer ingekort worden, omdat dat aan het eind van de rit alleen maar meer vertraging zal opleveren. De ìnhoud van de omgevingsvisie is nu eenmaal de essentie. Het proces moet daaraan ondersteunend zijn.
De Planologie Commissie van OGLV/VvV 12-7-2024. Voor reacties/commentaar: standessens@gmail.com
Bijlage 1: Samenvatting van de ‘Toekomstvisie Voorschoten in 2025’ van OGLV (geschreven in 2014)
1. Thema Oud: ontwikkelingen in het centrum:
– herontwikkeling MOC terrein als versterking historisch centrum
– aandacht voor Oranjeplein als entree voor het centrum (was vroeger mooi plein met rozenperken)
– aandacht voor historisch decor in het centrum, ook voor niet monumentale bebouwing
– aandacht voor concurrerende ontwikkelingen die levensvatbaarheid centrum en winkelgebied bedreigen (vgl. Leidschenhage, Versmarkt vd Valk e.d.)
– concentratie culturele voorzieningen indien verplaatsing aan de orde is
– herbezinning op plaatsing kunstwerken zoals standbeeld paard, fonteinen etc.
2. Thema Groen: actieve recreatie en natuurbeleving:
– aanhaken bij regionale ontwikkelingen (bijv. Duin, Horst en Weide)
– met groen ‘verzachten’ van harde oevers Vliet en Korte Vliet
– goede natuurverbindingen voor planten en dieren (denk ook aan oversteekplaatsen in de kanalen en ecoducten over wegen)
– tijdelijk inrichting braakliggende terreinen t.b.v. natuur en/of recreatie
– wilde speelplekken voor de jeugd en NME voorzieningen
– aandacht voor mogelijkheden uitbreiding fietspaden en toegankelijker maken van groengebieden rond Voorschoten
– meer bankjes/rustpunten op interessante plekken
– watertoerisme bevorderen, langs de Vliet verbinding met centrum markeren
– ruimte reserveren voor initiatieven als voedselbos (eigen verbouw groenten en fruit)
3. Thema Leefbaar: duurzaamheid:
– benutting leegstaande (kantoor) panden om noodzaak nieuwbouw te verminderen
– planologisch ruimte scheppen om aan huis kantoor of niet-hinderlijke werkplaats in te richten
– hergebruik oude spullen stimuleren
– brede toepassing van zonne-energie (denk ook aan gemeentelijke daken en daken van grote bedrijfsgebouwen)
– mogelijkheden verbetering afvalverwerking en -scheiding nagaan (ook herintroductie chemo-kar voor klein elektrisch en chemisch afval)
– bevorderen fietsgebruik en uitbreiding elektrische oplaadpunten (ook voor auto’s)
– stimuleren eigen verantwoordelijkheid inwoners voor schoon en aantrekkelijk houden van de omgeving
– ecologisch beheer van parken, bermen en oevers
– behoud groene ruimte voor opvang regenwater
Naast deze thema’s werd in de Toekomstvisie aandacht gevraagd voor burgerparticipatie in een zo vroeg mogelijk stadium van ruimtelijke ontwikkelingen en voor de rol van de gemeente als facilitator voor initiatieven vanuit de bevolking.